Radeloos liep hij rond. Als hij haar niet bij het monster vandaan zou krijgen, zou haar hart spoedig verzwolgen zijn. Dan was er geen redding meer.
Zonder haar hart was zij ondood. Onkwetsbaar. En zij zou alles doen om het monster te beschermen. Wie haar hart had, zou zij gehoorzamen. Zolang het monster haar ermee voerde zouden haar krachten blijven. Als het op was zou zij langzaam wegteren.
Het enige dat het monster haar hart kon doen opgeven was het vervangen door een ander. Een beter hart. Waar zou hij dat vinden? Waar zou hij de kracht ervoor vandaan halen? De duisternis van de nacht daalde alweer over hem toen zijn geest nog in circels rond ging.
woensdag 14 november 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten