Ze sloeg haar nagels diep in zijn vlees, haar tanden misten zijn huid maar net. De kracht tot vernietigen nauwelijks overtroffen door de kracht tot scheppen. Druppels bloed vormden zich terwijl hij wanhopig probeerde haar te raken. Als hij haar maar écht kon raken, dan zou ze de zijne zijn, zou hij haar meenemen, ver weg van hier.
Maar ook ditmaal moest hij opgeven omwille van zijn eigen leven. Hij zag het duister nog immer in haar ogen, hij had wederom gefaald, zij zou niet vrij zijn. Zij kon nog niet voelen, hij des te meer. Hij opende zijn mond en schreeuwde geluidloos. Hij zeeg ineen toen het monster haar weer kwam halen. Uitgeput bleef hij liggen. Zijn ziel brandde, maar hij zou volhouden. Hij was vastberaden haar te redden. Zijn slaap was kil en droomloos.
donderdag 25 oktober 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten